Yoga - Meditatie - Ayurveda
  • nl
  • en
  • de
  • fr

Hatha yoga Pradipika 3

 

Hoofdstuk 3 Hatha yoga Pradipika

 

1.Zoals (Ananta) de Heer van de Slangen de steun van de aarde met zijn bergen en bossen is, zo is KUNDALINI de steun van alle Yoga beoefenaars.

2. Als de slapende Kundalini gewekt wordt door de genade van de Guru, dan worden alle lotussen (de cakra-s of mystieke centra) en knopen (granthi’s) doorboord.

3. Dan wordt de Susumna de koninklijke weg voor de Prana. De geest blijft objectloos. Dan is de dood misleid.

4. SUSUMNA, SUNYAPADAVI (de grote leegte), BRAHMARANDHRA (de ingang naar Brahman), MAHAPATHA (de grote weg), SMASANA ( de brandende grond), SAMBHAVI (behorend tot de veelbelovende SAMBHU] en MADHYAMARGA (de centrale weg) deze verwijzen naar het zelfde.

5. Daarom, alles in het werk stellend, moeten de [verschillende] Mudra-s beoefend worden om de krachtige godin (Kundalini) die in de mond van de Susumna (de doorgang naar het Absolute) slaapt te wekken.

6,7. MAHA-MUDRA, MAHA-BANDHA, MAHA-VEDHA, KHECARI, UDDIYANA, MULA BANDHA, JALAMDHARA-BHANDHA, VIPARITAKARANI, VAJROLI en SAKTICALANA - dit zijn de tien Mudra-s. Zij vernietigen ouderdom en dood.

8. Deze zijn uiteen gezet door de oer Heer (Siva); zij zijn goddelijk en schenken de acht Siddhi-s. Zij krijgen de voorkeur van alle Siddha-s en zijn zelfs voor de Deva-s moeilijk te verkrijgen.

9. Dit zou geheim gehouden moeten worden als een vat vol kostbare juwelen. Er zou met niemand over gesproken moeten worden, zoals in het geval van seksueel verkeer met een uit goede familie geboren vrouw.

10. Hier (wordt de) MAHA-MUDRA (beschreven): de perineum met de linker hiel drukkend en het rechter been uitstrekkend pak stevig (de tenen van de rechtervoet) vast met de handen.

11, 12. Trek de keel in (in de JALAMDHARA-BHANDHA) en hou de adem in het bovenste gedeelte (d.w.z. in de Susumna). Dan wordt de Kundalini kracht ineens recht zoals een [opgerolde] slang die aangeraakt wordt door een stang zichzelf recht maakt als een stok. Dan worden de andere twee Nadi-s (Ida en Pingala) levenloos (omdat de Prana uit hun gaat).

13. Dan zou men heel langzaam uit moeten ademen en nooit snel. Dit is bekend gemaakt als Mahamudra door de siddha-s.

14. (Hier mee) verdwijnen de pijnvolle factoren zoals de grote klesa-s en dood, etc. Daarom noemt de wijste van de mannen het Maha-mudra (de grote mudra).

Er zijn vijf klesa's, namelijk avidya (onwetendheid of illusie), asmita (egoisme), raga (gehechtheid), dvesa (afkeer) en abhinivasa (gehechtheid aan het leven). De Maha mudra wordt ze genoemd omdat het alle pijn afsluit (mudra).

15. Na goed geoefend te hebben op de linker zijde, zou het op de rechter zijde beoefend moeten worden. Als de aantallen (van keren van beoefening van beide zijde) gelijk zijn, dan zou [de beoefe­ning van] de Mudra (voor enige tijd) gestopt moeten worden. De beoefening op de linker zijde is als het linker been gebogen is en het rechter been gestrekt en op de rechterzijde als het tegengestelde wordt gedaan.

16. Voor de beoefening hiervan is er niets heilzaam of onheilzaam. Alle dingen van welke smaak dan ook, zelfs smakeloze en vergif, wanneer gegeten, worden verteerd alsof het nectar was.

17. De ziektes van iemand die deze Mahamudra beoefent, lepra, verstopping, ziekten van de buik, etc.- worden overwonnen.

18. Aldus is deze Mahamudra beschreven welke de grote siddhi-s aan mensen geeft. Dit zou geheim moeten worden gehouden en niet aan zomaar iemand geopenbaard moeten worden.

19. Dan [wordt de MAHA-BANDHA (beschreven): plaats de hiel van de linker voet op de perineum en plaats de rechter voet op de linker dij.

20. De adem inhouden, en de kin rustig op de borst (in de jalamdhara-bandha), knijp de anus samen (in de Mula-bandha) en richt de geest op de centrale Nadi (Susumna).

21. Na de adem zo lang mogelijk ingehouden te hebben, zou de lucht langzaam uitgeademd moeten worden. Na dit goed geoefend te hebben op de linkerzijde probeert men het op de rechterzijde.

22. Sommige zijn van mening dat het samenknijpen van de keel (Jalamdhara bandha) hier vermeden moet worden en dat de samentrekking verkregen door de tongen tegen [de wortel van] de voortand aan te drukkan (Jihva-bandha) de voorkeur heeft.

23. Dit (Jihva-bandha in de baan van Maha-bandha) stopt de opgaande baan (van de Prana) door alle Nadi-s (behalve de susumna). Deze Maha-bandha (helpt om) grote Siddhi-s te verkrijgen.

24. Dit is werkzaam (ook wel krachtig) voor het bevrijden van de grote strop van tijd (Yama). Het brengt de vereniging van drie stromingen (d.i. de Nadi-s: Ida, Pingala en susumna). Het maakt het mogelijk voor de geest om Keadara (de heilige stoel van Siva in het mystieke centrum tussen de wenkbrauwen) te bereiken.

25. Zoals een vrouw begaafd met schoonheid en charme, toch onvruchtbaar is zonder een man, zo zijn Maha-mudra an Maha-bandha zonder da Maha-vedha.

26. De Maha-vedha (wordt nu beschreven): De yogi, in de Mahabandha positie, moet met de Jalamdhara-bandha de adem in houden met een geconcentreerde geest en de (opwaartse en neerdalende) baan van de Prana stoppen, etc.

27. De twee palmen recht op de grond plaatsend, zou hij langzaam met de billen [de grond] moeten raken. (Dan) gaat de Prana, de twee Nadi,-s (Ida en Pingala) verlatend, door het midden (Susumna).

28. Dan vindt de vereniging van de maan, zon en vuur (Ida, Pingala en Susumna) plaats die zeker leidt tot onsterfelijkheid. Er ontstaat een toestand gelijkend op de dood; dan moet de lucht (langzaam) uitgeademd worden.

29. Dit is Maha vedha die, met oefening, grote siddhi-s geeft. Dit wendt rimpels, grijs haar en trillen (van ouderdom) af, en de beste beoefenaars geven zich (daaraan) over.

30. Deze drie, die ouderdom en dood afhouden, het (maag) vuur verbeteren en siddhi-s geven zoals animan, moeten goed geheim blijven.

31. Deze worden uitgevoerd op acht verschillende manieren, iedere dag op elke yama (drie-urige periode). Zij schenken op alle tijden de volheid van krachten en vernietigen de ophoping van zonden (papa). Zij die goed begeleid worden door een leraar moeten hen geleidelijk beoefenen.

32. De KHECARI (wordt beschreven): Als de tong naar achter is gedraaid en de holte die naar de schedel leidt binnen gaat, en de ogen gericht zijn tussen de wenkbrauwen, is dit Khacani.

33. Door te knippen, te schudden en te strekken, moet de tong geleidelijk uitgerekt worden, tot het het midden van de wenkbrauwen raakt. Dan is de Khecani succesvol beoefend.

De procedure voor het knippen is beschreven in de volgende versen. Schudden betekent de tong vastpakken met de vingers en deze van links naar rechts laten bewegen. Strekken betekent de tong vast pakken en eraan trekken zoals men met de uiers van een koe doet om te melken.

34. Neem een glad, schoon mes, erg scherp als een blad van de milkhedge plant, en snij tot een haarbreedte (de freanum of de zachte membraam die de tong verbindt met het lagere deel van de mond).

35. Wrijf dan (dat deel) in met (een mengsel van) verpoeierde steen zout en Havitaki (gele myrobalan). Dan na zeven dagen, snij (weer) tot de breedte van een haar.

Het mengsel zou iedere ochtend en avond gewreven moeten worden. Omdat zout verboden is in het geval van yogi-s, gebruiken zij de as van Khadira of de houtachtige cassia. In de tekst, wordt zout genoemd in de veronderstelling dat de Khecari-mudra beoefend moet worden voor het begin van de Hatha-yoga beoefening.

Het snijden en de medicatia zou twee keer per dag moeten gebeuren gedurende zeven dagen. Op de achtste dag, zou de snee een beetje dieper moeten. Enzovoort.

36. Hij moet op die manier oefenen, stap voor stap en bedreven, zes maanden lang iedere dag. In zes maanden is de membraam die aan de onderkant van de tong bindt afgescheiden.

37. Dan de tong naar achter draaiend, zou het het knooppunt van de drie (Nadi-s, d.w.z. de ruimte aan de bovenkant van het gehemelte) moeten binnengaan. Dit is de Khacari-mudra. Het wordt (ook wel) Vyomacakra genoemd.

38. De yogi die zelfs een halve ksana (d.w.z. voor 24 minuten) zijn tong omhoog gedraaid houdt is gered van vergiften, ziekten, dood en ouderdom.

39. Voor hem die de Khecari-mudra kent is er geen ziekte, dood (intellectuele) verstijving, slaap, honger, dorst, of verduistering van het intellect.

40.Hij die de Khacari-mudra kent wordt niet getroffen door ziekte; niet besmet met karman, en niet getroffen door de tijd. De opsomming van de resultaten van de Khecani-mudra is om de lezer te laten zien hoe belangrijk deze is.

41.Deze mudra wordt Khacari genaamd door de Siddha’s, omdat de geest beweegt in de ruimte (Akasa; in het midden van de wenkbrauwen en de tong (ook) beweegt in Akasa (in de holte boven het gehemelte).

42.Wanneer iemand de holte in het bovenste deel van het gehemelte heeft afgesloten door de Khacari mudra, zal hij geen zaadvocht uitstoten, zelfs niet bij de omhelzing van een mooie en harts­tochtelijke vrouw.

43.Hoewel het vocht stroomt naar het voortplantingsorgaan, wordt het, nog steeds gestopt door de Yoni-mudra, krachtig omhoog gebracht.

 

Yani-mudra is een andere naam voor Vajrola-mudra (111,83). Aangezien vele van deze mudra’s later in dit boek beschreven worden, is het noodzakelijk om hier een woord van waarschuwing te geven, voordat dit letterlijk opgevat wordt. Hoewel, uit de beschrijvingen van de Mudra’s naar voren komt dat deze processen te maken hebben met gemeenschap met vrouwen, lijkt dit toch met elkaar in tegenspraak. We kunnen toch niet aannemen, dat de termen vrouwen, gemeenschap en zaadvocht letterlijk opgevat moeten worden in het geval van Yogin’s, die zich geoefend hebben in de Yama’s en de Niyama’s. Bovendien wordt in het zelfde boek geschreven, dat alleen nadat een bepaald stadium in Samadhi is bereikt, Vajroli-mudra enz. beoefend kunnen worden. Het lijkt erop dat deze verwijzen naar bepaalde innerlijke, mystieke processen, die te maken hebben met de ontwikkeling van de geest.

44.De kenner van Yoga, die , standvastig, de tong omhoog gedraaid heeft en het Sama sap drinkt overwint zonder twijfel de dood binnen 15 dagen.

De Maan is boven het gehemelte en de nectar die er uit stroomt valt naar beneden en wordt verteerd door de Zon, die bij de naval is; maar wenneer de stroom van nectar wordt gestopt door het sluiten van de opening in het gehemelte, wordt het verval van het lichaam tegengegaan. Soma betekent maan.

45.In het lichaam van de yogin, dat dagelijks wordt gedrenkt in de nectar van de maan, verspreidt vergif zich niet, zelfs niet door een beet van (de slang) Taksaka.
Taksaka, een zeer krachtig gif, is een van de acht slangenkoningen in Patala, van wie de grootste Sasa of Ananta is.

46.Zoals vuur niet uitgaat zolang er brandstof is, zoals een lamp niet uitgaat zolang er olie en een lont (in de lamp) is, zo verlaat de bewoner van het lichaam dat lichaam niet zolang het gevuld wordt met de nectar van de maan.

47.Hij kan dagelijks gomamsa (letterlijk het vlees van een koe) eten en hij kan amaravaruni (lett. sterke likeur) drinken. Ik beschouw hem als iemand van hoge komaf- Andere ruinaren de familie.

De woorden in de tekst, gomamsa en amaravaruni, worden in de volgende twee soetra’s beschreven.

48.Met het woord “go” wordt de tong bedoeld. Het binnengaan (in de holte) van het gehemelte is gamamsabhaksana (het eten van koeienvlees). Dit vernietigt de vijf grote zondes.

De vijf grote zondes zijn: een brahmana vermoorden, sterke drank drinken, diefstal, overspel met de vrouw van een leraar, en omgaan met om iemand die deze zondes begaat.

49.De nectar die stroomt van de Maan vanwege de hitte ontstaan door het binnendringen van de tong, dat is amaravaruni.

De term Varuni betekent wijn. In de bovenstaande twee sutras wordt een voortreffelijk voorbeeld gegeven van de manier waarop een hindoe schrijver verbergt de echte betekenis verbergt door klaarblijkelijk absurde symbolen. Dit lijkt het principe te zijn. Zij dachten dat de absurditeit van het symbool en de irrelevantie daarvan voor het subject de lezer zou moeten doen vermoeden dat er iets achter zou zitten en dat hij daarom dieper zou kijken voor een verklaring van deze absurditeit. Een verkeerde opvatting van deze regel lijkt aanleiding gegeven te hebben tot vele absurde interpretaties van echte geheime symbolen, en vele schadelijke praktijken die de dierlijke neigingen en passies gunstig stemden. Voorbeelden hiervan kunnen verveelvoudigd worden, zoals de relatie tussen Krisna en Radha en de 16 duizend gopi-s of hererinnan; de 5 Pandu broeders die een vrouw trouwen, Draupadi; de verhalen van de rsi-s die trouwden en kinderen kregen die in een korte tijd een volwassen verstand hadden; en de hele mystieke terminologie van de Tantra-s waardoor vele walgelijke praktijken ontstonden.

50.Als de tong constant de ruimte in het gehemelte raakt, zodat het nectar ervan (van de maan) laat vloeien die zout, pikant en zuur smaakt, ook vergelijkbaar met melk, honing, en ghee (van smaak), worden alle ziekten verwoest, ouderdom wordt overwonnen, wapens worden afgeweerd, onsterfelijkheid en de acht siddhi-s worden verkregen en de halfgoden worden aangetrokken.

51.Hij die, met opgeheven hoofd en met de tong de holte in het gehemelte dichtend, contempleert de verheven Kracht (Kundalini), en de zuivere stroom van nectar drinkt, vloeiend in golven van de Maan van het hoofd in de 16- bladerige lotus (in de keel) door de controle over Prana, gedurende de Hatha yoga beoefening, die yogi, bevrijd van ziekten, leeft lang met een lichaam zacht en mooi als da lotusstam (aan de wortel).

52.In het bovenste gedeelte van de Meru (d.i. de Susumna) in de holte, welke de bron is van de Nadi-s, is de nectar verbergen. Hij met puur intellect (Sattvisch van nature, onverduisterd door Rajas en Tamas) ziet hierin de waarheid (zijn eigen Atman). Vanuit de Maan vloeit de nectar, vocht van het lichaam, van hier komt de dood naar mensen. Daarom zou man de nuttige Khecari-mudra moeten beoefenen (om de neergaande stroom te stoppen). Zo niet, kan er gen lichamelijke perfectie zijn [de schenking van schoonheid, gratie, kracht en zelfbeheersing.

53.De holte is de verbinding van de vijf stromen en verleent goddelijke kennis.

In de leegte van die holte, vrij van de effecten van avidya of niet weten, verdriet en illusie is de Khacari-mudra stevig gehuisvest.

De stromen waarnaar verwezen wordt in de bovenstaande sutra zijn de vele Nadi-s, Ida, Pingala, Susumna,Gandhari, etc. welke staan voor de rivieren Ganga, Yamuna, Sarasvati, Narmada, etc.

54.Er is slechts een kiem van evolutie (verbeterd door Pa Plaatsman in Involutie) (d.w.z. Om); er is slechts een mudra, Khecari; slechts een god, van niets afhankelijk; en slechts een (spirituele) staat, Mananmani.

Zoals alles wat genoemd wordt het beste is in hun klasse, is de Khecari de beste van de mudra-s.

55.Dan (wordt) de UDDHIYANA BANDHA (beschreven): Uddiyana-bandha wordt zo genoemd door de yogi-s, omdat als het beoefend wordt de Prana beheerst wordt en door de Susumna vliegt.

56.Omdat hierdoor de grote vogel (prana) onophoudelijk vliegt, is het de Uddhiyana.deze bandha wordt nu verklaard.

57.Het terugtrekken van de buik boven (en beneden) de navel wordt Uddihyana Bandha genoemd. Het is de leeuw die de olifant dood vermoordt.

58.Hij die voortdurend de Uddhiyana Bandha beoefent, zoals door de guru geleerd, zodat het een natuurlijke zaak wordt, wordt jong, zelfs al is hij oud.

59.Hij moet krachtig (de buik) naar achteren trekken. Boven en onder de navel, en dit gedurende zes maanden beoefenen. Zonder twijfel overwint hij (dan) de dood.

60.Van de Bandha’s is de Uddhiyana de voortreffelijkste. Als deze wordt beheerst, volgt bevrijding als vanzelf.

61.Dan (wordt beschreven) de MULA BANDHA: druk met de hiel tegen het perineum en trek de anus samen, om de prana omhoog te trekken. Dit is Mula Bandha.

62.Door samentrekking (van de muladhara) wordt de Apana, die normaal naar beneden stroomt, gedwongen omhoog te gaan (door susumna). Yogis noemen dit Mula Bandha.

63.Druk de hiel tegen de anus en pers de energie krachtig en herhaaldelijk samen tot de energie (Apana) omhoog komt.

64.Door de Mula Bandha worden de Prana an Apana met Nada en bindu verenigd en dit geeft volmaaktheid in Yoga. Hierover is geen twijfel mogelijk.

65.Door constante beoefening van de Mula Bandha wordt een eenwording van Prana en Apana bereikt. Urine en ontlasting worden minder en zelfs de ouden worden jong.

66.Als de Apana opstijgt en het gebied van het vuur bereikt, wordt de vlam van het vuur verlengd, aangewakkerd door Apana.

67.Wanneer de Apana en het vuur zich voegen bij Prana, die van nature heet is, wordt de hitte in het lichaam nog meer versterkt.

68.Hierdoor wordt de Kundalini, die slaapt en de extreme hitte voelt, gewekt, net als een slang die door een stok wordt geslagen, sist en zich strekt.

69.Dan gaat het Susumna binnen, als (een slang) die zijn hol binnen gaat. Daarom behoren de Yogi’s iedere dag en altijd Mula Bandha te beoefenen.

70.Dan (wordt beschreven) de JALANDHARA BANDHA trek de keel samen en houdt de kin stevig tegen de borst (ongeveer 10 cm. van de borst). Dit is de Bandha die Jalandhara heet en ouderdom en dood vernietigt.

71.Omdat het het netwerk (jala) van de Nadi’s insnoert en de neerwaartse stroom (tegenhoudt vanuit de holte in het gehemelte) van hemels water (jala), is deze Bandha de Jalandhara. Het vernietigt alle ziekten van de keel.

72.Wanneer de Jalandhara Bandha wordt beoefend, door samentrekking van de keel, valt de nectar niet in het (gastrisch) vuur en wordt de Prana niet in beroering gebracht (d.w.z. niet verkeerd gericht).

73.Door de (stevige) samentrekking van de keel worden de twee nadi’s (Ida en Pingala) geneutraliseerd. Hier (in de keel) ligt het middelste Cakra (vishuddi). Deze verbindt de zestien adhara’s (vitale centra).

74.Trek d anus samen en beoefen de Uddhiyana Bandha . Bedwing de Ida en Pingala (door de Jalndhara Bandha) en zorg voor een stroming (van de energie) door de Susumna.

75.Hierdoor wordt de energie (in de susumna) bewegingloos; dan is er geen dood ouderdom, ziekte enz.

76.Yogi’s kennen deze drie uitstekende Bandhas, door de grote Siddha’s beoefend; ze zijn het middel tot succes bij de verschillende Hatha-Yaga-oefeningen.

77.Hier volgt de beschrijving van VIPARITAKARANI: welke nectar ook stroomt vanuit de Maan, die van goddelijke vorm is, het wordt allemaal verzwolgen door de Zon Hierdoor wordt het lichaam oud.

78.Er is een uitstekend proces (karana) waardoor de Zon wordt bedrogen. Dit moet van de Guru worden geleerd en niet door theoretische bestudering van de Shastra’s (wetboek met godsdienstige onderwerpen.)

79.Wanneer de Zon boven is en de Maan beneden, bij de beoefenaar zijn navel boven en zijn gehemelte beneden, is het de Viparitakarani. Het moet worden geleerd via de aanwijzingen van een Guru.

80.Wanneer iemand dit dagelijks doet, wordt het gastrisch vuur versterkt en dan hoort de beoefenaar altijd meer dan genoeg voedsel te hebben.

81.Als hij zijn dieet beperkt, verteert het vuur (het lichaam) snel. Op de eerste dag moet hij even op zijn hoofd staan, met zijn voeten naar boven.

82.Oefen dit door, de duur ervan, iedere dag geleidelijk op te voeren. Na zes maanden verdwijnen rimpels en grijs haar. Hij die dit dagelijks gedurenden een yama (d.w.z.drie uur) doet, overwint de dood.

83.Dan wordt VAJROLI beschreven: zelfs iemand die een bandeloos leven leidt, zonder de regels door Yoga voorgeschreven, zal, wanneer hij de vajrali (door oefening) goed kent, de inhoud van de siddhi’s verkrijgen.

84.Hier noem ik twee dingen die voor iedereen moeilijk te verkrijgen zijn: de ene is melk (op de juiste tijd) en de andere, een vrouw die doet wat men wil.

(zie hiervoor de aantekening (III,43) waarin gezegd wordt dat een dergelijke bewering niet letterlijk genomen moet worden)

85.Oefen langzaam en goed, op het moment van (de zaadlozing tijdens) geslachtsgemeenschap om (het) op te trekken. Op die manier zal een man of een vrouw succes verkrijgen in Vajroli.

86.Blaas krachtig in het gat van de penis door een voorgeschreven buis, langzaam zodat er lucht door kan.

87.Het zaad dat op het punt staat in het geslachtsdeel van de vrouw te vallen moet teruggetrokken worden door de beoefening (van Vajrali- mudra). Wanneer het al gevallen is moet hij zijn eigen zaad terug trekken (en de vloeistof van de vrouw) om het op die manier te bewaren.

88.Zo moet de kenner van Yoga zijn zaad bewaren. (Zo) overwint hij de dood. Wanneer het zaad is geloosd, volgt de dood (uiteindelijk).Maar er is een (langer) leven voor degene die het bewaart.

89.Door het zaad te bewaren (door de Vajrali-mudra) stijgt een aangename geur op in het lichaam van de Yogin. Zolang het zaad in het lichaam blijft, waar komt dan de angst voor de dood vandaan?

90.Het zaad van de man is onderhevig aan de controle van de geest en het even is afhankelijk van het zaad. Daarom moet zowel het zaad als de geest zorgvuldig onderhouden en beheerst worden.

91.Iemand die deze oefening perfect beheerst moet, door (de sappen) goed door de penis omhoog te trekken, zijn eigen zaad en dat van de vrouw met wie hij gemeenschap heeft bewaren.

92.Dan wordt SAHAJOLI beschreven: Sahajoli en Amaroli zijn variaties van Vajroli, omdat het een is (afhankelijk van het behaalde resultaat) Meng de as, verkregen door het verbranden van koeienvlaaien, met water.

93.Na gemeenschap in de Vajroli, moeten de man en de vrouw nadat hun activiteit beëindigd is, en zij gelukzalig zijn, de uitzonderlijke delen van hun lichamen (met dit mengsel) insmeren.

94.Dit heet Sahajali, waar Yogin’s op kunnen vertrouwen. Het is een weldadig proces en geeft bevrijding, hoewel het verbonden is met seksuele ervaring.

95.Dit proces in Yoga is alleen succesvol voor deugdzame mensen, die moedig zijn, die de waarheid kennen en vrij zijn van jaloezie; en niet voor jaloerse mensen.

96.Dan wordt AMAROLI beschreven: weggooien van het eerste gedeelte van het water omdat het gal meebrengt, en het laatste beetje omdat het zonder waarde is, wanneer het koele middelste deel van de stroom (van Amari) wordt opgenomen, dat is Amaroli volgens de Kapalika sekte.

97.Hij, die dagelijks de amari drinkt en het dag na dag binnenhaalt, moet Vajroli goed beoefenen. Dit heet Amaroli.

98.Hij moet as mengen met de nectar die stroomt van de maan door de beoefening (van Amaroli) en het op de belangrijkste ledenmaten (van het lichaam) smeren. Dan wordt goddelijk inzicht verkre­gen.

99.Wanneer een vrouw, die ervaring opdoet door voldoende oefening, het zaad van de man opzuigt en het hare bewaart door (de beoefening van) Vajroli, zal zij een Yogini worden.

100.Zonder enige twijfel, zelfs het laatste deel van haar lichaamssappen is niet verloren. In haar lichaam wordt de Nada zelf de bindu.

101.Deze “bindu” en “rajas”, verenigd en in het lichaam bewaard door de oefening van Vajroli, schenken alle siddhi’s.

102.Zij, die haar “rajas” bewaart door het op te zuigen, is een Yogini. Zij kent het verleden en de toekomst en zal zeker perfectie bereiken in Khecari.

103.Door de Yoga, bestaande uit de beoefening van Vajroli, wordt lichamelijke perfectie verkregen (schoonheid, gratie en grote kracht). Deze Yoga schenkt waardigheid (punya), en hoewel er seksuele ervaring is, leidt het tot bevrijding.

104. Nu wordt SAKTICALANA beschreven: Kutilangi, Kundalini, Bhujangi, Sakti, lsvari, Kundali an Arundhati zijn allemaal synoniemen.

105.Zoals man een deur kan openen met een sleutel, zo zal de Yogin door middel van Hatha-yoga de deur van de bevrijding (d.i. de Susumna) openen door (de kracht van) Kundalini.

106.De grote godin (Kundalini) slaapt terwijl zij met haar mond de ingang sluit van de weg waardoor de zetel van Brahman (Brahmarandhra), waar geen pijn bestaat, bereikt kan worden.

107.De Kundalini-sakti, die boven de “kanda” slaapt bevrijdt de Yogin’s en ketent onwetenden. Hij die haar kent, kent Yoga.

108.De Kundalini wordt beschrevdn als den opgerolde slang. Hij die zorgt dat deze sakti beweegt (vanuit de Muladhara naar boven) wordt, zonder twijfel, bevrijd.

 109.Tussen de Ganga en de Yamuna, zit de Balaranda (dit is Kundalini, letterlijk een jonge weduwe), soberheid in achtnemend. Zij moet met kracht gepakt worden. Dat (leidt tot) de hoogste zetel van Visnu.

110.Ida is de heilige Ganga en Pingala is de rivier Yamuni. Kundalini is de jonge weduwe tussen Ida en Pingala.

111.Door de staart te pakken moet die slapende slang (Kundalini) gewekt worden. Dan stijgt de Sakti, de slaap van zich afschuddend, krachtig op.

112.Na het inhalen door het rechter neusgat (pingala) moet de liggende slang gepakt worden door het proces van paridhana, en dagelijks gedurende ongeveer anderhalf uur in beweging gebracht worden. Zowel ‘s morgans als ‘s avonds.

113.(de Kanda) bevindt zich twaalf vingers breed boven (de anus) en is vier vingers breed, zacht en wit, en lijkt op een opgerolde doek.

114.Gezeten in de Vajrasana houding houd je de voeten stevig bij de enkels vast en daarna oefen je druk uit op de Kanda.

115.Gezeten in de Vajrasana houding, moet de Yogin, nadat hij Kundalini in beweging gebracht heeft, de Bhastrika kumbhaka doen. Op die manier zal hij spoedig Kundalini wekken.

116.Dan moet hij de Zon samentrekken (die zich bij de navel bevindt) en daarna Kundalini in beweging brengen. Zelfs als hij in de handen van de dood gevallen is, hoeft hij niet bang te zijn voor de dood.

117.Door onbevreesd (de Kuncialini) gedurende anderhalf uur in beweging te brengen, daardoor wordt zij in Susumna en een ietsje omhoog getrokken.

118.Door dit (proces) laat Kundalini beslist de opening van Susumna (open) en daarom stroomt Prana vanzelf door Susumna.

119.Daarom moet je dagelijks de Arundhati (Kundalini) die rustig slaapt in beweging brengen. Door haar alleen maar in beweging te brengen, wordt de Yogin bevrijd van ziektes.

120.De Yogin, die de Sakti in beweging brengt komt in het bezit van de Siddhi’s. Wat moet en verder nog worden gezegd ? Hij overwint de tijd (de dood) alsof het alleen maar een spel is.

121.Alleen degene, die plezier heeft in een kuis even (brahinacarin) en zich altijd houdt aan een bescheiden en heilzaam dieet, en die Yoga beoefent door Kundalini te bevorderen, bereikt siddhi in veertien dagen.

122.Wanneer Kundalini in beweging is gebracht, moet vooral de Bhastrika Kumbhaka beoefend worden. Waar blijft de angst voor de Dood voor de Yogin, die zichzelf onder controle heeft en dage­lijks op deze manier oefent?

123.Behalve de oefening om Kundalini in beweging te brengen (door Sakticalana), welke andere manier is er om de onzuiverheden van de twee en zeventig duizend Nadi’s op te ruimen?

124.Deze middelste Nadi (Susumna) wordt recht (voor de makkelijke doorgang van Prana) door constante oefening door Yogini’s, door Asana’s, Pranayama en Mudra’s.

125.Aan hen die alert zijn (en niet lui) in de beweging en die constant in een toestand van concentratie (Samadhi) blijven, geeft de Rudrani (Sambhavi) of andere Mudra een weldadige genoegdoening (siddhi).

126.Er is geen aarde (prthvi) zonder Raja-yaga, er is geen nacht zonder Raja-yoga, en zelfs een verscheidenheid aan Mudra’s is zinloos zonder Raja-yoga.

127.Alle ademhalingsoefeningen moeten in concentratie worden gedaan. De wijze man staat niet toe dat zijn geest afdwaalt.

128.Zo zijn de tien Mudra’s beschreven door de Oer Heer, Sambhu (Siva). Elke Mudra schenkt de grote siddhi aan allen, die zichzelf ander controle houden (Yamin’s).

129.Degene die onderwijs geeft over de Mudra’s zoals ze overgeleverd zijn door een rij van Goeroe s. is de echte leraar. Hij is de meester, de Heer (Isvara), in zichtbare vorm.

130.Door behoedzaam de lessen te volgen, zal dagene, die zich concentreert op de beoefening van de Mudra’s, de Macht verkrijgen om de dood te overwinnen, samen met de siddhi’s zoals animan.